16 februari 2019
Vertrek naar Thailand, want mijn tijd in Vietnam zit er op. Tijd om verder te gaan, maar ik ga zeker weer terug.
Ik heb jullie verteld dat mijn vliegreis van India naar Cambodia deels door JetAir en deels door Bangkok Air is uitgevoerd. JetAir als prijsvechter en Bangkok Air als de tegenhanger van onze eigen KLM.
Dus, bij het boeken heb ik zonder twijfel gekozen voor Bangkok Air (BA).
Ik was erg vroeg op het vliegveld van Hanoi. Alles verliep vlot en ik was zo bij de Gate. Vreemdgenoeg stond er geen vliegtuig, althans niet van BA. Ook niet toen we gingen boarden.
Wij met de bus – nog gebruikelijk in Azië – naar het vliegtuig. Daar aangekomen hoorde je van diverse zijden geroezemoes onder de passagier.
BA had nl. “Nemo” van stal gehaald. Zag er niet uit van binnen, maar ik moet niet jokken, het vloog nog als de beste. Een beetje rumoerig, maar wat wil je. Krakende wagens ….. 🙂
Toch waren we met twee uur over en landden we een beetje “bumpy”. In totaal zo’n 30 m/v/k in het toestel.
Trump is al maanden bezig om een muur gefinancierd te krijgen om Mexcianen “buiten” te houden. Nou, hij mag blij zijn dat hij niet de president van Thailand is. De wachtrijen bij de douane worden verstopt door hordes Chinezen. Voor het beeld: 1 lane voor Thaise locals, 2 voor foreigners (Farangs) en 4 voor Chinezen. Ik weet overigens niet waarom zij in aparte rijen moeten.
Met de rode taxi/bus
Bij het uitzoeken van een hotel in Chiang Mai had ik gekozen voor één met een airport shuttle. Toen ik van de week echter informeerde en mijn vluchtnummer doorgaf kreeg ik te horen dat ik daar THB 300 voor moest betalen. Daar baalde ik enorm van, want ik was natuurlijk in de afgelopen periode ontzettend verwend met de haal- en brengservice. Maar goed, ik ben gestopt met mokken en sprak mezelf moed in om op eigen kracht in het hotel te geraken.
Nadat ik Thaise Bath’s had gepind en mezelf een ToeristenSim had aangeschaft, ik naar buiten. Van het hotel had ik het advies gekregen om een Luchthaven Shuttle of een Rode Taxi te nemen. Volgens het hotel moest dat zo’n THB 150 kosten.
Ik naar de Shuttle. Een Thaise “oplichter chauffeur” vertelde me dat hij minimaal THB 300 rekenende. Ja, gekke Henkie. Dus ben ik snel weggelopen. De groeten.
Even verderop stopte een Rode Taxi. Kosten THB 50. Gelijk met mij stapte ook een Chinese mevrouw in. Ook THB 50 dokkend. In de loop van de reis zijn er nog een m/v of 5 ingestapt. Als eerste werd ik voor de deur van mijn hotel afgezet. De eerste THB 250 had ik alweer verdiend.
Wat kunnen foto’s toch vertekenen en moet ik mijn visie op “modern” toch gaan herzien. Maar de kamer voldoet. De rest van de middag/avond heb ik het oude centrum wat verkend en een scooter voor de volgende dag(en) gehuurd.
Thailand, massageland
Ik was er heel erg aan toe :). De eerste dagen hier in Chiang Mai heb ik gevuld door op de massagetafel te gaan liggen. Nou ja tafel.
Het wil nog wel eens verschillen. Ik ben er bij één geweest – barstens druk – waar je gewoon op een matje op de grond ligt en je lijf in, voor mij, allerlei onmogelijke bochten wordt gebogen. Je kent vast dat gevoel van twijfel of het lekker is of de pijn overheerst. Bij deze massageclub doen ze in ieder geval niet aan leeftijdsdiscriminatie, want de dames zagen eruit alsof ze ver over de 90 waren. Maar zo soepel als rubber.
Een andere massageclub had het prachtig ingericht en mocht je inderdaad op een tafel liggen. Daar ben ik ook een paar keer uren uit elkaar getrokken, geslagen, gestompt, over me heen gelopen, gewoonweg gepijnigd. Ik denk maar zo, het is voor een goed doel.
Chiang Mai, de verhuizing
Met opzet had ik een hotel geboekt voor de eerste 3 dagen, want ik wilde voorkomen dat ik voor lange tijd vastzat aan een plek waar ik het niet naar mijn zin had.
Ik moet niet jokken, de plek was prima, de kamer ruim maar in mijn ogen wat verouderd. En dat warm water: het blijft me achtervolgen. Het was dit keer niet koud, maar van warm water was geen sprake. Nadeel vond ik van dit hotel is dat er geen ontbijt bij zat.
Na enige afweging en in overleg met mijzelf heb ik daarom besloten een ander hotel op te zoeken. Ik op mijn gehuurde scooter, met al mijn bagage, op Thaise wijze (je kunt alles meenemen op je scooter) verhuisd.
En ja hoor, modern. Met warm water en met ontbijt. 🙂
Ik ga maar weer eens de buurt verkennen om te zien wat er hier allemaal te halen valt.
Prachtige plek
Nadat ik was ingecheckt, mijn koffer had uitgepakt en bekomen van de positieve schrik, ben ik maar eens op speurtocht gegaan. De omgeving verkennen.
Nou, de plek is een schot in de roos. Heel veel vertier in de omgeving. Diverse hotels in de omgeving. Dus ook veel horeca EN …. de Night Bazaar bij mij om de hoek. Langs de weg allerlei marktkramen met van alles en nog wat te koop. En in een soort evenementenhal allerlei stands met heel veel eetmogelijkheden (verbaast vast niet) en nog meer “van alles”. Echt een hele leuke plek. In de hal staan dan ook elke avond een aantal travestieten die de aandacht trekken, zodat je met hen op de foto kunt. Not my cup off tea.
En op zaterdagavond, in het oude centrum, de Night Market. Nou, dat is echt een happening. Honderden meters lang staan er kramen langs de straten. Van alles is er te koop en vreselijk gezellig. En lekker eten.
Ik ben nog de Beatles tegengekomen. Zijn iets ouder geworden en door lang verblijf in Thailand wat verkleurd. Ik heb met opzet het geluid niet opgenomen want ik wil jullie niet traumatiseren. Er is al genoeg ellende in de wereld.
Op (toeristen) safari
Je kunt niet in Chiang Mai zijn geweest en geen Tempels hebben bezocht. Dus ook nu heb ik er 1 of 2 aangedaan. Nee, geen foto’s.
Aan wie (Thai-en 🙂 ) je ook vraagt wat je kunt bezoeken, krijg je steevast een aantal “Watten” voorgeschoteld. (Wat = tempel) Volgens mij heeft zo’n beetje elke straat zijn eigen Wat. Watje hier, watje daar. Ik raak de weg kwijt.
Toch ook ruimte gevonden om wat verder weg te gaan op de scooter.
Zo ook kwam ik terecht bij het Elephant Camp. Als je de officiële tour doet word je met een vlot naar de olifanten gevaren, mag je een ritje op hun rug maken en hen verzorgen. Ik heb dit allemaal niet gedaan. Heb me slechts beperkt tot kijken en fotograferen.
Ook naar de Bua Tong Waterfall geweest. Nou ja, waterfall. Zoveel water kwam er niet naar beneden. Ja, een straaltje, maar dat was bijna net zoveel als uit mijn douche (bij wijze van, hé).
Daar hoefde ik maar 5 kwartier op de scooter voor te buffelen. Nou ja.
Naar Chiang Rai
23 februari 2019
Ik had van meerdere mensen op mijn reis gehoord dat je, als je in Thailand bent, zeker ook Chiang Rai moet bezoeken. Zo gezegd.
Buskaart gekocht bij Greenbus – volgens recenties op Tripadvisor “The best their is” – en hotel Maison de Chiang Rai geboekt. Alhoewel het om een luxe bus ging, was het toch een trip van zo’n 3,5 uur. Stevig doorrijden.
Daar aangekomen bleek het hotel zo nieuw ( slechts 3 maanden open) dat de plaatselijke TukTuk drivers het nog niet kenden. Dus hebben ze gebeld naar het hotel. Probleem opgelost.
Wat een prachtig, kleinschalig hotel. Slechts 9 kamers. Maar met alles er op en er aan. Even buiten het centrum (zo’n 2 km) van Chiang Rai gelegen. Je moet eigenlijk wel vervoer hebben. Ook nu weer een scooter gehuurd. Ik keek wat zielig uit mijn ogen en kreeg wat korting op de huurprijs.
Ik moet mijn belofte breken
24 en 25 februari 2019
Ik had jullie beloofd dat ik geen tempels meer zo tonen. Omdat deze zooo bijzonder zijn moet ik helaas die belofte toch even breken.
Chiang Rai blijkt namelijk bekend te staan om een drietal Tempels:
1. De White Tempel
2. The Blue Tempel
3. Black House
De frontoffice manager van het hotel adviseerde mij om vroeg – 9am – naar de White Temple te gaan, want dan was het nog niet zo druk. Nou, ik was er om 9am. Super druk. Uit alle windstreken.
Een prachtige tempel. Ook het belendend gelegen museum was de moeite van het bezoeken waard.
Na de White Tempel ben ik doorgereden naar de The Blue Tempel. Weliswaar minder indrukwekkend en druk, maar zeker ook prachtig om te zien.
Tot slot van de dag naar The Black House. Ook een plek waar je geweest moet zijn. Je kunt hier allerlei kunststukken zien, o.a allerlei houtsnijwerk. Leek Suriname wel.
Ik wilde ook nog naar een Elephant Farm, maar bij aankomst bleek toegang alleen mogelijk op afspraak en vaste tijden. Helaas dus. Rechtsomkeer.
Hoogtepunt?
Hoogtepunt van Chiang Rai moest The Long Neck People zijn. Ik Google Maps ingesteld, muziek aan en rijden maar. Gelukkig maar een uurtje op de scooter. En maar rijden. Volgens Google Maps eindigend op een heuveltje bij een in aanbouw lijkende tempel. Mispoes dus.
Een aantal locale bouwvakkers gevraagd. Met handen en voeten wezen ze me de weg. Het bleek heel ergens anders te zijn. Nog tweemaal gestopt om te vragen, maar uiteindelijk ben ik er gekomen.
Ach, aardig om te zien, maar het had net zo goed ergens in Afrika kunnen staan. Gewoon een erg primitief dorpje met hutjes. Een tweetal “winkelstraten” waar een aantal dames druk doende zijn allerlei goederen (tassen/sjalen e.d.) met de hand te vervaardigen en aan de man/vrouw te brengen.
Het aantal dames met de bekende ringen om de nek waren nogal beperkt. Weet dat die ringen om de nek maar liefst 2,5 kg wegen. Kan volgens mij nooit goed zijn voor je gestel. Meerderen hadden ook van die ringen om hun benen, net onder de knie.
Toen de slechts 10 toeristen die op het terrein waren elkaar bleken te passeren kwam een aantal zeer bejaarde muzikanten bij elkaar om een voorstelling te verzorgen. Nou, ik hoorde geen verschil in noten, tussen de eerste en de daarop volgenden. Ach ze deden hun best.
De laatste dagen
26 februari 2019
Ik moest de terugreis naar Chiang Mai weer aanvaarden. Met de shuttleservice van het hotel naar het busstation gebracht voor de trip van wederom zo’n 3,5 uur.
Terug naar mijn eigen vertrouwde kamer in het Star Hotel, waar ik voordat ik naar Chiang Rai vertrok ook al zat.
Deze dagen zijn nog bedoeld om te relaxen, massages te ondergaan, Thais voedsel tot mij te nemen en een boodschapje hier en daar.
Zaterdag 2 maart weer terug naar India.